Contrescarp

‘Logiesvertrek voor de soldaten’

Tussen de voormalige kruitmagazijnen is het goed toeven. Gevaar en kruitdampen zijn inmiddels verdwenen. Het was ook een logiesvertrek voor de soldaten. In de muren binnen ook hier stalen ogen, waarin plankdragers bevestigd werden met planken waarop de soldaten hun uitrusting konden opbergen.

Achter kleine deurtjes bevinden zich zogeheten druipkokers. Het door de metersdikke zandlaag van het dak gefilterde hemelwater wordt naar de lager gelegen afvoerputjes geleid en via de druipkokers als schoon water naar de reservoirs. De hoeveelheid wateropslag was aanzienlijk en voldoende om bij een eventuele belegering langdurig te kunnen overleven. Terwijl jij lekker in je bed ligt kun je het druppelen soms horen. Hinderlijk? Natuurlijk niet, je logeert immers in een deel van de waterlinie….

Kijk je naar buiten, dan zie je in het metselwerk van de toren stalen haken. Die dienden om steigers en/of klimmateriaal te bevestigen voor onderhoud of reparatie. Verder zie je smalle schietsleuven, bestemd om vanuit de toren met handwapens te kunnen schieten op een eventuele vijand. Maar oeps, dat is link voor de overburen van de Contrescarp!

De toren echter werd al gebouwd rond 1848 en de Contrescarp pas 30 jaar later in 1878 ter bescherming van de toren. Je kijkt tevens uit op een deur van de toren. Niet alleen een vluchtmogelijkheid, maar ook als transportmogelijkheid van b.v. buskruit en munitie van toren naar Contrescarp en andersom. Niet alleen Hollandse soldaten verbleven hier, ook de Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog. Een ingekraste tekst getuigt daarvan. Daarnaast een kruitmagazijn.